Welkom!


Ik ben Paul, geboren in 1967. Sinds 2008 ben ik de trotse bezitter van deze originele Nederlandse Volkswagen Kever 1300 uit 1966 in de kleur Seesand. Gekocht op gevoel, zonder verstand van Kevers of autotechniek. Was dat verstandig? Nee. Was en is het leuk? Ja!!! Hier kun je meekijken wat er sindsdien allemaal gebeurd is. Groeten, speciaal aan alle Keverfans - en veel plezier op deze pagina's! Kijk ook eens op mijn site Kevervoorbeginners

29 mei 2008

Terug naar de roots

of: Hoe de Kever terug in de familie kwam...

Dit is een verhaal over de tijd waarin een slaapsysteem nog bed heette - of stromatras, de vitamineadviseur groenteboer en Jan-Peter en André, nu beter bekend als "Balkenende" en "Rouvoet", opgroeiden. Een tijd die voor mij in een ver verleden ligt.

Het was de tijd waarin mijn ouders hun gezin stichtten en een kruidenierswinkeltje begonnen. In 1953, in een gehucht in Zeeuws-Vlaanderen dat luisterde naar de naam Boeregat. Het maakte deel uit van de gemeente Hoek, en bestond uit misschien honderd huizen, op en onderaan de dijk, omgeven door boerenland. De plaatsnaam Boeregat werd door sommige inwoners als weinig flatteus ervaren, wat ze er toe bracht om als afzenderwoonplaats op brieven en kaarten "Willemskerkepolder" te schrijven, de polder waar het in lag. Een oom in de familie informeerde dan ook steevast meesmuilend: "Hoe is het in Boerekolder?".


De winkel van mijn ouders


Mijn moeder werkte in de winkel. Links in beeld een tante uit Canada op bezoek!

Behalve het kruidenierswinkeltje van mijn ouders telde dit dorpje nóg twee piepkleine kruidenierswinkeltjes, een bakker en een melkboer. Ze brachten de producten nog met de fiets en later met de brommer rond.


Van mijn vader is een foto bewaard waar hij met een Berini poseert, met achterop een grote rieten mand.

Het autoloze dorp kreeg regelmatig gemotoriseerd bezoek. Van de dokter, die zijn ronde deed en van allerlei vertegenwoordigers. "Van de Red Band", "van de Verkade" of "van de Persil" zoals mijn moeder ze noemt. De vertegenwoordigers verkochten rechtstreeks aan de winkeltjes in het dorp. Niet veel later kwamen de eerste Duitse toeristen, waaronder dames die ongeneerd naar "Camelia's" vroegen. Dat bleek maandverband te zijn, ontdekte mijn moeder. Soms pakten ze zomaar zelf dingen in de winkel, want ze waren al vertrouwd met het fenomeen supermarkt. Mijn moeder vond het maar brutaal in het begin.

Het was de bakker die de eer te beurt viel de eerste automobilist van het dorp te zijn. Hij kocht er zelfs later een luxe wagen bij. Mijn ouders volgden enige tijd later met een tweedehands Volkswagen Kever, vooral om de boodschappen mee rond te brengen. Ook bracht mijn vader soms mensen naar de dokter of het ziekenhuis, want een bus stopte er niet, daar in Boeregat.

Het moet de bakker hoog gezeten hebben, dat mijn ouders zo snel zijn auto-monopolie doorbraken. Mijn moeder heeft het geweten, toen ze iets aardigs over de nieuwe auto van de bakker zei: "Dat moet heerlijk rijden, zo'n nieuwe wagen." Het antwoord volgde prompt: "Ja, maar dat kan jij niet weten, want je hebt nog nooit in een nieuwe gezeten." Het was dezelfde man die wel eens een oud brood tussen een grote bestelling broden van een gezin stopte. En meer van dat soort dingen. De bakker was niet alleen jaloers, het was een rotvent. "Schande dat ik het zeg", placht mijn nu 80-jarige moeder erachteraan te zeggen, als ze dit soort herinneringen ophaalt. De man wist zelfs een keer het boze in mijn moeder op te roepen - een hele prestatie! Onze Kever had een slechte kwaliteit lak, en was daarmee een makkelijke prooi voor hem: "Je man mag zijn autootje wel eens poetsen!" Toen mijn moeder echter een keer de kapotte mand op zijn fiets zag - in het dorp bezorgde de bakker gewoon nog met de fiets - kon ze hem een koekje van eigen deeg geven: "Dan mag jij je mand wel eens maken!" Nee, er ontstond niet echt een automobiele verbroedering tussen de eerste twee autobezitters van Boeregat.




Van onze eerste auto's, allebei Kevers, is niet veel bewaard gebleven. Een handvol foto's en de rekening van de eerste. Het tweedehandsje kostte bij de garage 3643 gulden, maar daar was wel een volle tank à FL 18,= inbegrepen!



De eerste Kever, de RP-84-62, kwam in het gezin na de geboorte van mijn broer, in mei 1958. Mijn vader haalde er mijn moeder en zijn kersverse zoon mee op uit het ziekenhuis.


Een kleurenfoto was nog best bijzonder in die tijd. Deze heeft iets heel speciaals. Niet alleen staat mijn broer er leuk op, het is ook nog eens een bijzondere compositie, zo tussen het hooi en die Kever op de achtergrond. De lichtval op het autootje vind ik magisch!

Een jaar later haalde mijn moeder ook haar rijbewijs, wat uitzonderlijk vroeg was voor een vrouw in die tijd. Ze nam mijn zussen en mijn broer geregeld mee in de auto. De meiden in de op de achterbank en in de "kattebak" - een soort open kofferruimte achter de achterbank - mijn broer op een bedje, veilig in een grote open kartonnen verpakkingsdoos uit de winkel, waar WC-rollen in gezeten hadden. Een soort Maxi-Cosi avant la lettre...


Mijn moeder achter het stuur, de twee koppies die ons vanaf de achterbank aankijken zijn mijn beide oudste zussen! Volgens mijn moeder is deze foto op een zondag, na het kerkbezoek gemaakt. Meestal reed mijn moeder dan.

Mei 2008. Vijftig jaar na de komst van de eerste Kever in onze familie rijdt de jongste zoon, schrijver dezes, bouwjaar 1967, naar Zeeland. In een Volkswagen Kever, bouwjaar 1966.



Kever in het Zeeuwse land


Trotse Keverbezitter. Ik heb hem nog geen twee weken en heb me nog maar net vertrouwd gemaakt met de bijna ontroerend eenvoudige autotechniek van ruim veertig jaar geleden.

Eenmaal bij mijn moeder aangekomen - die nog van niets weet - nodig ik haar uit een eindje te gaan rijden. We lopen naar de auto. "Kijk daar staat nog een Kever. Waar staat jouw auto?" vraagt ze. Ik zeg: "Stop maar, we zijn er al." Haar mond valt open als ze beseft dat ik geen grap maak. De Zeeuwse Nuchterheid brengt haar snel weer op de been: "Wat móet je daar nou mee?!" roept ze uit. Ik ken mijn moeder al een tijdje, dus had ik het gedecideerde "Rijden!" al voor in de mond liggen. Ik houd het portier voor haar open, ze stapt in. Er volgen nog een paar keer "goh" en "nou". Ik start het wagentje. "O, wat maakt die een herrie zeg!" zegt mijn moeder en krimpt een beetje ineen, terwijl ik van het typische luchtgekoelde Kevergeluid geniet. Voor mij als sentimentele beroepsnostalg is dit een reis in de tijd. Voor mijn moeder is het een rit in een oude auto. Gekocht door een zoon, die al een auto heeft. Een ongekende verkwisting!


Mijn moeder weer in een Kever

We rijden door het Zeeuwse land, langs groene wegen, op weg naar het pittoreske Veere. Ik doe nog een doorzichtige poging. "Hoe vind je het om precies vijftig jaar later weer in een Kever te rijden?" vraag ik, terwijl ik het spillerig dunne pookje met gestrekte arm naar de vierde versnelling breng. "Ja. Het waren héle degelijke wagens. Hij heeft ons nóóit laten staan." zegt ze met nadruk. Daar is het, een welgemeend compliment aan een legendarisch stuk automobiele familiegeschiedenis! Ik leun zielsgelukkig achterover in het vinyl. "Maar zo'n dashboard hadden wij niet hoor. En het stuur was ook anders."


Nog een paar foto's uit de oude doos:


De Kever hield zich kennelijk ook tijdens de strenge winter van '63 goed.


Door het hebben van een eigen winkel was er weinig vrije tijd. Die brachten mijn ouders nog wel eens door met vrienden, zoals hier tijdens een bezoekje aan de Keukenhof in april 1960.


of in juli 1961 aan het Atomium in Brussel. Parkeren voor de deur!


Ai, aan deze foto wordt mijn moeder minder graag herinnerd. Niet dat het niet gezellig was om op stap te zijn met de dochters, mijn broer en de buurkinderen, maar omdat ze per ongeluk de handrem er op liet staan tijdens het rijden. Het ging ongelofelijk stinken maar verder heeft de Kever het overleefd...

22 mei 2008

Oude VW reclame filmpjes

Paul van Tiggelen heeft tientallen oude VW reclame filmpjes op YouTube geplaatst.

Je vindt ze onder de zoeknaam "vintage vw beetle commercial". Maar je kunt ze ook op een DVDtje - zo ongeveer tegen kostprijs! - bij hem bestellen op www.painteddesigns.nl. Een echte aanrader! Het grappigst vind ik hoe in de Amerikaanse reclames het woord Volkswagen uitgesproken wordt. Het klinkt ongeveer als "Foolkswaakn"!

Hieronder een grappige reclame uit het begin van de jaren "60, waarin de verstandige keuze voor een Volkswagen onderstreept wordt. Sterker nog: het is eigenlijk een rijdend spaarvarken!


Leuker kunnen we het... wèl maken

Vandaag viel er een blauwe envelop in de bus. Die slogan van de Belastingdienst - je weet wel: "Leuker kunnen we het niet maken (enzovoort)" - geldt dit keer niet. Kijk maar!

20 mei 2008

Hoe hard kan 'ie?


Na een week in de Kever gereden te hebben, vond ik het - zeker na het gepoets van de laatste dagen - hoog tijd om de snelweg eens op te zoeken voor dé test: Hoe hard kan íe?


Mijn eerste Kever "snelheidsrecord"...

Inmiddels rijd ik lekker vlot met de Kever, al verlies ik soms nog wel een beetje tijd met schakelen ten opzichte van een modernere auto. Ok, daar gaan we. Het is pakweg 20.00 uur dus lekker rustig op de snelweg. De oprit van Zoetermeer richting Utrecht is eigenlijk een afrit omdat je "afdaalt" naar de snelweg, dus kom ik lekker op gang. Ik moet zelfs even inhouden omdat een voorligger het nogal rustig aan doet met invoegen.

Ik zit met gemak op de 90 kilometer, daarboven gaat het een stuk langzamer. Tot nu toe was de Kever al wel even op de snelweg geweest, en ook op de 100 kilometer wegen kon ik al een beetje wennen. Opvallend is dat je soms wat minder gas kunt geven met behoud van je snelheid. Dat stond ook al in het instructieboekje van de auto en het is dus ook echt zo! Het lijkt me een leuke sport om zo wat benzine te besparen.

Het waait behoorlijk en de Kever blijkt best zijwindgevoelig te zijn. Het stuur moet je nu goed vasthouden, want bij een windvlaag wil hij wel even een bepaalde kant op.

Ondertussen concentreer ik mij op het gaspedaal. Ik probeer te kijken wat sneller werkt: Flink ingedrukt houden of heel langzaam accelereren naar de top. Ik besluit het laatste, ook om een beetje aardig te zijn voor de motor.



De naald van de snelheidsmeter in het "übersichtliches Zentralinstrument" (VW reclametaal uit die tijd) kruipt naar de 110 en komt daar af en toe even boven. De motor klinkt nu echt hard, alle 40 paardenkrachten moeten aan de galop.


Deze foto is niet van die dag, maar van 15 juni 2008, op weg naar Budel!

Ik vraag me af hoe betrouwbaar de weergave is en baal een beetje dat ik de TomTom niet meegenomen heb. Langzaam klimt de naald naar de 120!

Ererondje

Na afloop van de "race" heeft de Kever wel een ererondje verdiend (beter gezegd: het toert zo lekker met de Kever, dat ik niet meteen naar huis wil!), door de historische Zoetermeerse Dorpsstraat. Bij het avondlicht komt de mooie beige kleur mooi tot zijn recht, zeker gezien de fraaie achtergrond:





Poetsbeurt - deel 2

De afgelopen dagen heb ik af en toe een uurtje aan de Kever kunnen "klussen". Een groot woord, want ik ben (nog) geen autoklusser, meer een trouwe autopoetser. Hier een paar plaatjes.

Voorstoelen

Vandaag heb ik voorstoelen voorlopig voor de laatste keer schoon geboend en met Plastishine tot glimmen gebracht. Nu moeten ze er een tijdje tegenaan kunnen.



Zelfs nu nog kwam er vuil uit de randjes van de stoelen, kun je na gaan. Ze zijn nu wel echt schoon lijkt me! De achterbank en de paneeltjes achterin laat ik nog even voor wat het is. Voor familie en vrienden ook leuk om het verschil nog even te zien.

Rubber mat

De rubber mat voorin heb ik er maar eens even uit gehaald. Toch benieuwd wat er onder zit aan vuil of erger.


Bij de passiersplek werd ik aangenaam verrast door een blinkend stuk chassisbeplating.


De rubber mat lijkt nog in voldoende goede staat. Kwestie van flink schrobben en dan zien we wel verder.


Brrrr....

Een echte gruwelfoto, dat komt ook omdat het een close-up is natuurlijk:



Je ziet de onderkant van een van de achterlichten. Het is een van de weinige èchte (zichtbare) roestplekken op deze Kever. Van een afstandje zie je het gelukkig niet echt. We zullen zien hoe lang dit zo door kan gaan.

Lichtje in de duisternis

Mijn Kever heeft nog het originele 6 Volt systeem. Dat betekent dat de accu flink moet werken en de koplampen niet bepaald veel licht geven.



Op de foto is het dimlicht aan, maar het lijkt net stadslicht. Je wordt niet echt verblind zal ik maar zeggen... Volgens mij kun je in het donker beter met grootlicht rijden, dat lijkt nog het meeste op het dimlicht.

Rotvlek

Op het dasboard zat een keihard opgedroogde sticker vlek. Hoe krijg je die er af? Wasbenzine hielp niet. Een tip van mijn zus: Gebruik iets met vet erin: olie, slaolie, whatever. Niet gaan schuren op die lak! Uiteindelijk heb ik het bekende WD-40 gebruikt (en mijn duimnagels...). Na een half uurtje inweken, schrobben, krabben, inweken enzovoort was de vlek gelukkig weg! Wel fijn, want hij zat nogal in het zicht!


voor


na


Rubbers

Alle rubbers van de auto kregen een verwenkuurtje met siliconenspray. Ze worden er weer zwart en soepel(er) van. De rubbers zijn nog uit 1966 en kurk- en kurkdroog geworden in al die jaren.


voor en na

Ze zogen de spray zowat op, zodat ik in de meeste gevallen twee keer langs geweest ben met de spuitbus. Natuurlijk worden ze meer niet als nieuw, maar ik ben erg tevreden met het resultaat.
We zullen zien hoe lang de originele rubbers het nog volhouden!


Aan de bovenkant van de achterlichten zien de rubbers er werkelijk prachtig uit na de siliconenbeurt!

19 mei 2008

Fotoshoot eerste dag

Hierbij de foto's van de eerste dag! Klik op de foto's om een vergroting te zien.


Voor deze gelegenheid mag zo'n mooie wagen best wel even twee parkeerplekken tegelijk claimen, toch?


Model 1300 (VW intern gebruikte men de aanduiding model 113) kwam in augustus 1965 op de markt, in modeljaar 1966 dus. Bij Volkswagen liepen de modeljaren van augustus tot en met juli. Modeljaar 1966 omvat dus de auto's die tussen augustus 1965 en juli 1966 gemaakt zijn.


Eén buitenspiegel was standaard.



De Kevers uit modeljaar 1966 hebben nog liggende koplampen en brede chroom sierstrips. De chroom bumpers zijn nog mooi!


Nieuw in modeljaar 1966 waren de platte wieldoppen en opengewerkte velgranden. De velgen hadden een witte bies. Deze combinatie met vijf wielbouten kwam slechts twee jaar voor.



Modeljaar 1966 was het laatste jaar waar de motorklep nog een "neusje" had. Te zien boven de kentekenverlichting. De typeaanduiding "1300" was - als ik het goed het - de eerste keer dat er een typeaanduiding op de motorklep stond.



Ook nieuw was een handgreep voor de bijrijder en een extra ventilatiesleuf in zwart plastic bij de voorruit, om de ruit beter te kunnen ontwasemen. Detail: Je ziet op de foto dat ik de ruitenwissers niet goed uitgezet heb. Je moet bij het uitzetten opletten, want ze eindigen niet als vanzelf in de ruststand. Kwestie van timen! Verder bof ik met deze 66-iger, want de sierlijke "Hubhalbring" - de halve claxonring op het stuur - was tussen 1963 en 1965 weer afgeschaft en kwam in 1966 weer terug! Ook zijn de knopjes op het dashboard en de draaiknopjes van de raamslingers nog in ivoorwit hard plastic uitgevoerd, dat in dit geval extra mooi is omdat het zo goed bij de lakkleur past. Het jaar daarop werden dit zwarte, zachtere knoppen.


De hoedenplank heeft dezelfde bekleding als het hemeltje, maar ligt nogal los op een soort wiebelige stangetjes constructie. Maar goed, het ís een hoedenplank. Veel Kevers hadden toen geen hoedenplank, heb ik ergens gelezen. Dan keek je recht in de "kattenbak", een open kofferruimte achter de achterbank. Ik heb me laten vertellen dat daarin mijn broer als baby - destijds in de Kever van mijn vader - in een doos van het closetpapier vervoerd werd! Dat was de tijd ver vòòr de Maxi-cosi en autogordels...




Chassisnummer 116 925 829. Deze Kever moet daarmee tussen januari en juli 1966 gemaakt zijn.



Kijk daar, op het portier een sticker van een onderhoudsbeurt. Uitgevoerd op 11 november 1981.






17 mei 2008

Poetsbeurt interieur

Zoals ik al schreef in "Mijn eerste uur in mijn eerste Kever", ziet hij er aan de buitenkant prachtig uit. Nog in zijn originele lak, en slechts hier en daar sporen van zijn respectabele leeftijd. In juli wordt hij 42!

Binnen ruikt het muf. En niet zo'n beetje ook. Kortom: de volgende dag ben ik met een emmertje sop en wat poetsdoeken begonnen met de actie "Houd uw Kever frisch en schoon".

Eerst maar eens die ramen open, dan kan die stallucht in elk geval weg. Met een nat lapje begin ik het metalen dashboard, het hemeltje, zonnekleppen en stuur onder handen nemen. De ivoorkleurige plastic knopjes van het licht en de ruitenwissers plakken van het aangekoekte vuil . Na lang wrijven is het er bijna allemaal af.


Knopje voor het licht weer blinkend schoon

De zittingen van de voorstoelen neem ik af met een nat vaatdoekje met een klein beetje afwasmiddel. Het lapje is binnen de kortste keren pikzwart. Wie weet veeg ik nu wel stof en vuil van tientallen jaren weg? Ik besluit de achterbank nog maar even te laten voor wat het is, want het water in de emmer is al behoorlijk vies. Het vinyl van de paneeltjes in de deuren is onbeschadigd, maar in al die jaren schraal geworden. Het knapt niet bijzonder veel op van de wasbeurt, lijkt het. Al komt in elk geval veel vuil van af.


OK, boenen maar...


Hoezo... vies?

Ik heb voor het vinyl "Plastishine" van Valma gekocht. Flink opbrengen en een beetje laten intrekken, vervolgens met een zachte doek uitwrijven en tadaa..... de paneeltjes glanzen bijna weer als in 1966. Maar ook weer niet té glanzend, want je ziet er nog steeds aan dat ze niet nieuw zijn. Precies zoals ik het hebben wil, schoon, origineel maar met sporen van een lange geschiedenis!



Dof en vies...


Blink blink!


Nog eens blinkend schoon! (Het pak sap heb ik niet gebruikt als schoonmaakmiddel by the way...)

Een dag later met een tweede emmer water nog maar eens de stoelen onder handen nemen. Zelfs nu wordt het lapje nog vies. Kun je nagaan! Voorzichtig probeer ik wat Plastishine op de bijrijdersstoel, en ook die knapt er van op! Ik ben er hartstikke blij mee!

Vloerbedekking

Maar dan de vloerbedekking. De Kever werd destijds standaard geleverd - heb ik er ergens gelezen - met een strookje links en rechts bij de dorpels, twee vlakken bij de voorverwarmingsgaten en een strookje over de breedte van de auto, bij de voeten onder het dashboard. De rest bestaat uit een grote rubber mat/lap die vanwege het eigen gewicht en de soepelheid van het rubber vanzelf over de tunnel valt. Ik merk dat hij hier en daar een beetje vastgeplakt is.




De mega-muffe lucht komt volgens mij van het totaal versleten tapijt en het vuil dat nog in de auto ligt. Vooral bij de instap- en uitstapplekken bij de dorpels is het tapijt op een aantal plekken nog maar een zielig hoopje draadjes.



Ik besluit dat dit tapijt vervangen wordt. Kapot is kapot, hier is niks meer aan te redden. Ik laat het er nog maar even in, terwijl ik later op zoektocht zal gaan voor nieuw tapijt in dezelfde kleur. En ik wil binnenkort het rubber - dat nu dichtzit met vuiligheid - er uit halen en grondig schrobben. Eens kijken of dat nog te redden is.

Wordt vervolgd!